Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [62]Maar welker hart [63]het hart hunner [64]verfoeiselen en hunner gruwelen [65]nawandelt, derzelver weg zal Ik [66]op hun hoofd geven, spreekt de Heere HEERE. 62. Anders: maar aangaande die, wier hart het hart hunner verfoeiselen en hunne gruwelen nawandelt. 63. Dat is, hetwelk zij menen dat hunne afgoden begeren en wensen. 64. Dat is, afgoden. 65. Vergelijk 1 Kon.11:5. 66. Zie boven hfdst.9 vs.10.